+ + Oude Testament + Deuterocanonieke boeken + Nieuwe Testament
1 Koningen
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20 21 22 21 %
1Kon. 19:5-8
19:5 Hij ging liggen en sliep in onder een bremstruik.
En kijk, een engel raakte hem aan
en zei tegen hem:
Sta op, eet.
6 Hij keek op en kijk: 1)
bij zijn hoofd [lag] een brood [op] gloeiende kolen [gebakken] en een kruik water.
Hij at, dronk en ging weer liggen.
7 De engel van JHWH raakte hem weer aan, voor de tweede keer, 2)
en zei:
Sta op, eet, want [anders] is de weg te lang voor je.
8 Hij stond op, at en dronk
en ging gesterkt door dit eten
veertig dagen en veertig nachten
tot aan de berg van de godheid, de Horeb. 3)


1Het werkwoord nbt,. (opkijken, nakijken) komt in Exodus en Koningen alleen voor in Exodus 3:6 en 33:8 en in 1 Konin¬gen 18:43 (2x) en 19:6, en in 2 Koningen 3:14 .
2De engel van JHWH (ml´k jhwh) komt voor in Exodus 3:2, 1 Koningen 19:7, 2 Koningen 1:3 en 15 en 2 Koningen 19:35 .
3LXX: tot aan de Horeb. Vgl. Exodus 3:1, 4:27, 18:5 en 24:13. Vgl. Numeri 10:33 `de berg van JHWH´.